Jaarcijfers

De jaarcijfers laten precies zien hoeveel dierproeven er gedaan zijn met hoeveel proefdieren.

Jaarverslag 2020
Menu

Homepage

Verantwoording

Onze kijk op dierproeven, dierenwelzijn en open communicatie

3V & transitie

Hoe wij werken aan vervanging, vermindering, verfijning en transitie

Trends

Aantallen proefdieren en dierproeven over meerdere jaren

Aantal dierproeven

Bij de interpretatie van de jaarcijfers is het belangrijk om het aantal verrichte dierproeven niet te verwarren met het aantal ingezette proefdieren. Dus: aantal dierproeven ≠ aantal proefdieren.

Een dierproef vergt inderdaad een proefdier, maar zodra hetzelfde dier wordt ingezet voor een volgende proef is er sprake van twee dierproeven en nog steeds van één proefdier. Met sommige proeven is dit mogelijk, of zelfs aan te raden, om zo minder proefdieren gebruiken. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij het trainen van studenten diergeneeskunde in het doen van medisch onderzoek bij dieren. Andersom zijn er proefdieren die nooit in een dierproef terecht komen omdat ze onvoorzien overtollig zijn. Dit wordt zoveel mogelijk voorkomen. Door de invloed van het onderwijs ligt het aantal ingezette proefdieren over het algemeen lager dan het aantal verrichte dierproeven.

Ook komt het voor dat gedode proefdieren worden hergebruikt. Hun lichaamsmaterialen worden dan gebruikt voor onderzoek of onderwijs, zodat daarvoor geen nieuwe proefdieren hoeven te worden gedood. Via interne communicatie tussen de verschillende laboratoria worden vraag en aanbod van dierlijke lichaamsmaterialen snel bij elkaar gebracht voor een optimale inzet van de proefdieren.

i i i Het aantal proefdieren niet gelijk aan het aantal dierproeven

Aantal dierproeven

Grafiek aantal dierproeven